1A Deel jij de blik van de beroepsorganisatie op het vak?
1B Van ellende naar eureka: samen werken aan oplossingen.
1C Bestaat de beste leermeester?
1D Hoe normatief ben je als docent?
1E Het slingerend pad van idee naar succesvol programma: de complexity theorie en de praktijk.


1A Deel jij de blik van de beroepsorganisatie op het vak?
Workshop voor studenten

In deze interactieve sessie gaan alle studenten met elkaar in gesprek over de KNOV-visie Verloskundige 2030. Wat vind jij goed aan deze visie en wat vind je minder sterk? Heb je nog vragen over deze visie of kijk jij fundamenteel anders? Rosanne Poolen komt namens de KNOV uitleggen hoe de visie tot stand is gekomen binnen de beroepsorganisatie en daarna volgt een actief groepsgesprek.

De KNOV heeft de visie Verloskundige 2030 samengesteld omdat een heldere visie en herkenbare identiteit noodzakelijk is voor de beroepsgroep. Want alleen dan kan de beroepsvereniging gezamenlijk de missie en strategie uitzetten die noodzakelijk is om doelen te bereiken.

De kernboodschap die daaruit voortkwam: De verloskundige zorg van 2025 kenmerkt zich door het versterken van het (zelf)vertrouwen van zwangeren, barenden en kraamvrouwen, en door de ruimte die er is voor hun autonomie en zelfbeschikking en het bevorderen en bewaken van de fysiologie.

Inleiding door de KNOV wordt verzorgd door Rosanne Poolen.
Willemijn Eekhof, opleidingsmanager Verloskunde Academie Rotterdam (VAR), leidt deze workshop.


1B Van ellende naar eureka: samen werken aan oplossingen
Workshop voor promovendi

Alle promovendi verzamelen! Deze sessie is dé gelegenheid om met elkaar van gedachten te wisselen over oplossingen voor veel voorkomende problemen bij het doen van verloskundig onderzoek.

Alle promovendi uit Groningen, Maastricht, Amsterdam en Rotterdam kunnen in dit uur hun dilemma’s én oplossingen met elkaar delen. Ook is dit hét moment om je netwerk uit te breiden en met elkaar zaadjes te planten voor (inter)nationaal onderzoek binnen het verloskundig domein (en met alle mogelijke kruisbestuivingen denkbaar). Essentie van de sessie is om vooral met én van elkaar te leren.

Drie duo’s trappen de sessie af door het poneren van drie betekenisvolle vragen die we hier op deze plaats nog even geheim houden.

De vertegenwoordiging van Maastricht bestaat uit Suzanne Thompson en Maaike Vogels. Vanuit Rotterdam verwelkomen we Kirsten Heetkamp en Lyzette Laurey als inbrengers. De bijdrage uit Amsterdam en Groningen wordt gedaan door Stella Weiland en Mariëlle van Roekel.

Suzanne Thompson Maaike Vogels Kirsten Heetkamp Lyzette Laurey Stella Weiland Mariëlle van Roekel

 

Wim Gorissen, directeur Academie Verloskunde Amsterdam Groningen leidt deze workshop.

 



1C Bestaat de beste leermeester?
Workshop voor stagebegeleiders

‘Zou ik deze toekomstige collega de bevalling van mijn eigen dochter toevertrouwen’? Het antwoord op deze vraag is geen officieel beoordelingscriterium maar schiet vaak wel door het hoofd als leermeester in de praktijk. Stagebegeleiders vinden het begeleiden en beoordelen van aanstaande collega’s een complexe zaak.

Want hoe geef jij de begeleiding van aanstaande collega’s vorm? Ben jij je bewust van jouw eigen rolidentiteit en welk rolmodel wil jij zijn? Welke hobbels ervaar jij bij het begeleiden van ontwikkeling van studenten naar professionals en hoe doen collega’s dit?

Marjan Govaerts verzorgt de inleiding van deze sessie en deelt bevindingen uit haar werk over verschillende aspecten zoals het effect van rolmodellen, rolidentiteit. Daarnaast belicht zij de transitie van student naar professional vanuit verschillende perspectieven. Daarna gaan we met elkaar aan de hand van een aantal stellingen in gesprek over verschillende aspecten die voor de rol van praktijkbegeleider van belang zijn.

 

Inleiding door Marjan Govaerts , universitair hoofddocent onderwijsontwikkeling & onderwijsresearch

Dr. Marjan Govaerts is universitair hoofddocent bij de afdeling Educatieve ontwikkeling en onderzoek, faculteit Gezondheid, Geneeskunde en Life Sciences (FHML) aan de Universiteit Maastricht. Haar onderzoek richt zich op verschillende aspecten van competentiegericht onderwijs en assessment, en meer specifiek op werk gebaseerde assessment en programmatische assessment in het onderwijs voor gezondheidsberoepen.

 

Marcella van Erp en Enja Romeijn zijn als docent onderzoekers verbonden aan de Verloskunde Academie Rotterdam (VAR) en begeleiden deze workshop.

 
Download hier de presentatie
   



1D Hoe normatief ben je als docent?
Workshop voor docenten 

Workshop over het begeleiden van verloskundigen in opleiding en het vormen van hun visie.

Hoe kleurt jouw kijk op ontwikkelingen binnen de verloskunde jouw lessen? Hoe kijk jij bijvoorbeeld naar de integrale geboortezorg en hoe deel jij jouw mening met de komende generatie verloskundigen? Kortom: deze sessie gaat over de manier waarop jij als docent verloskundigen in opleiding helpt bij het vormen van hun eigen visie.

In deze sessie willen we met alle docenten graag onderzoeken welke overeenkomsten en verschillen er zijn tussen docenten met een eerstelijns blik en docenten met een klinische blik. Hoe kunnen we de aankomende generatie verloskundigen versterken bij het vormen van hun eigen visie juist doordat iedere docent op een andere manier kijkt naar verloskundige visievorming?

Het doel van deze sessie is om alle perspectieven op dit onderwerp op te halen en te delen met elkaar. In deze sessie heeft niemand het monopolie op de waarheid en we streven niet naar een eenduidige slotconclusie.

Dr. Corine Verhoeven werkt sinds 2014 als senior onderzoeker bij de Academie Verloskunde Amsterdam Groningen/Amsterdam UMC, afdeling Midwifery Science. Zij zal deze workshop inleiden en begeleiden. 

Zij leidt de onderzoekslijn naar evaluatie van de verloskundige zorg, met speciale aandacht voor de zorg rond de baring. Daarnaast gaat haar interesse uit naar cliëntparticipatie. Ook werkt ze als verloskundige in het Máxima MC, Veldhoven.

 


1E Het slingerend pad van idee naar succesvol programma: de complexity theorie en de praktijk.
Workshop voor onderzoekers

Je hebt een geweldig idee voor onderzoek of een project en wil dat realiseren: bekendheid geven, mensen bij elkaar brengen en geld vinden om het uit te voeren. Hoe doe je dat? De werkelijkheid is vaak weerbarstig. Aan de hand van de complexity theory en het praktijkvoorbeeld van Marlies Rijnders rondom CenteringPregnancy gaan we met elkaar in gesprek en aan de slag.

Negen jaar geleden introduceerde Marlies Rijnders CenteringPregnancy in Nederland, de groepsgewijze aanpak van zorg in de verloskunde. Geïnspireerd door wat ze erover zag en las ging ze aan de slag. In de loop van de jaren ontwikkelde ze allerlei activiteiten, soms succesvol, soms niet. Nu heeft ze een grote EU-subsidie binnengehaald om CenteringPregnancy verder te ontwikkelen en onderzoeken in Europees verband.

Inleiding door Marlies Rijnders, TNO Child Health en grondlegger van de Stichting Centering Nederland en Marianne Nieuwenhuijze, lector Midwifery, AVM Zuyd. Zij begeleiden deze workshop samen.

Dr. Marlies Rijnders was 10 jaar werkzaam als verloskundige in de eerste lijn en sinds 1999 onderzoeker maternity care bij TNO Child Health. Ze is betrokken bij nationaal en internationaal onderzoek naar de implementatie, effecten en ervaringen van CenteringPregnancy van zorg en bij de doorontwikkeling van het model.

Dr. Marianne Nieuwenhuijze is sinds 2016 lector Midwifery aan de Academie Verloskunde Maastricht. Zij doet onderzoek en begeleidt projecten op diverse gebieden in de geboortezorg in Nederland en internationaal. Zij geeft regelmatig workshops en lezingen binnen en buiten Nederland, vooral op het gebied van Gezamenlijke Besluitvorming.