Er is geen consensus over wat de beste indicator is om de zwangerschap te beëindigen bij een ernstige intra-uteriene groeiretardatie (IUGR) met een zwangerschapsduur < 32 weken.

Deze gecontroleerde, gerandomiseerde studie met drie armen in 20 Europese ziekenhuizen onderzocht wat de beste indicator is voor beëindiging van de zwangerschap: verminderde variatie van de foetale hartslag vast gesteld met cardio-tocografische (CTG) monitoring, verminderde Doppler Pulsatlity Index (PI) (>95e percentiel), een Doppler diastolische flow kering. De studie bevatte 402 levende tweejarige kinderen geboren met een zwangerschapsduur tussen 26 en 32 weken. Uitkomstmaten waren de afwezigheid van een neurologische ontwikkelingsachterstand op tweejarige leeftijd, gemeten met de Bailey III screening test voor cognitieve, spraak- en motorische ontwikkeling in kinderen.

De gemiddelde zwangerschapsduur bij geboorte van de kinderen was 31 (29,1-32,1) weken en het gemiddelde geboortegewicht was 1019 (SD 322) gram. De onderzoekers vonden geen verschillen in overlevingskans van kinderen tussen de drie groepen (p = 0,35). Een post hoc analyse liet zien dat tweejarige kinderen geboren na de beslissing om de zwangerschap te beëindigen op basis van veranderingen in de ductus venosus geen neurologische ontwikkelingsachterstand vertonen terwijl de kinderen van wie de zwangerschap beëindigd was op basis van CTG bevindingen, wel neurologische  ontwikkelingsachterstand vertonen (p = 0,005).

De auteurs concluderen dat het zwangerschap beëindiging bij ernstige pre-terme intra-uteriene groeiretardatie op basis van veranderingen in de ductus venosus mogelijk tot een verbetering in ontwikkelingsuitkomsten kan leiden van deze kinderen.