Leefstijl is gerelateerd aan weeënzwakte
Niet vorderende baring door weeënzwakte is aanleiding voor de meeste interventies bij gezonde nulliparae, stelt Kjaergaard. Hij inventariseerde de mogelijke risico’s van leefstijl en lichamelijke kenmerken daarvoor, met behulp van data uit de Danish Dystocia Study, een multicenter prospectieve studie.
Kjaergaard H, Dykes AK, Ottesen B, Olsen J.
Risk indicators for dystocia in low-risk nulliparous women: A study on lifestyle and anthropometrical factors.
Journal of Obstetrics and Gynaecology 2010;30(1):25-29
Directe link naar de samenvatting in Journal of Obstetrics and Gynaecology
Niet vorderende baring door weeënzwakte is aanleiding voor de meeste interventies bij gezonde nulliparae, stelt Kjaergaard. Hij inventariseerde de mogelijke risico’s van leefstijl en lichamelijke kenmerken daarvoor, met behulp van data uit de Danish Dystocia Study, een multicenter prospectieve studie. Een cohort van 2.810 nulliparae werd gevolgd
van de 37e zwangerschapsweek tot en met de tweede week postpartum. Niet vorderende baring is in deze studie gedefinieerd als <2 cm ontsluiting gedurende vier uur in de actieve fase, geen indaling gedurende 2 uur (of 3 uur bij epidurale anesthesie) bij VO zonder persdrang en > 1 uur geen progressie tijdens de uitdrijving.
Volgens deze criteria trad bij 37% van de vrouwen stagnatie van
de baring op. Een maternale leeftijd ≥35 jaar was significant geassocieerd met weeënzwakte. Het risico was tweemaal zo hoog risico ten opzichte van dat van vrouwen <25 jaar (OR 2.25;1.58-3.22). Andere significante risicofactoren: cafeïnegebruik van 200-299 mg/dag (OR 1.37;1.04-1.80), BMI > 25 voor de zwangerschap (OR 1.28;1.02-1.61), lichaamslengte 1.60-169m (OR 1.29;1.09-1.53). Van meer dan vier uur per week sport of tuinieren bleek een beschermende werking uit te gaan (OR 0.63;0.45-0.89). Intensieve fysieke training met een competitief karakter liet een niet significant verhoogd risico zien (OR 1.57;0.84-2.93). Er werd geen verband gevonden tussen niet-vorderende baring en roken, alcoholgebruik, nachtrust of mogelijkheid tot rusten overdag. Wat betreft de verbanden tussen lengte, BMI en hoge maternale leeftijd, bevestigt Kjaergaards studie eerdere onderzoeken. De associaties met leefstijlfactoren vormen een hypothese voor vervolgonderzoek.