Bij vrouwen met een vroeggeboorte van een kind in stuitligging is een geplande keizersnede geassocieerd met een lagere perinatale mortaliteit (sterfte) en morbiditeit (ziekte/handicap) vergeleken met een geplande vaginale bevalling. Deze associatie wordt niet gevonden bij een premature bevalling van een tweeling of drieling zwangerschap.

Dit is de belangrijkste bevinding uit het proefschrift van Lester Bergenhenegouwen.
Daarnaast concludeert de onderzoeker dat de in de Perinatale Registratie Nederland (PRN) geregistreerde gegevens moeten dienen als een spiegel voor de verloskundige zorg. Dat gebeurt op dit moment onvoldoende volgens de onderzoeker.

Het proefschrift omvat een zestal onderzoeken met betrekking tot bovenstaande onderwerpen, waarin de relatie tussen manier van bevallen en optimale uitkomst van moeder en kind centraal staat.

Ook het effect van de manier van bevallen op een eventuele toekomstige zwangerschap is in het onderzoek meegenomen. De onderzoeken zijn gedaan met data van de afgelopen 15 jaar uit de Perinatale Registratie Nederland (PRN), de nationale database van alle bevallingen in heel Nederland.