Proefschrift: Meer voorlichting over infectieziekten levert winst op
The role of clients, midwives and health policy in preventing infectious diseases during pregnancy. Toxomlasmosis, Listeriosis, Cytomegalovirus & Chlamydia trachomatis. Monique Pereboom, 26 september 2014, Vrije Universiteit Amsterdam.
De onderzoeksgroep Midwifery Science van AVAG/VUmc-EMGO+ heeft sinds de oprichting in 2009 al veel van zich laten horen. De meeste publicaties komen voort uit de Deliver-studie, het landelijke onderzoek naar de kwaliteit, organisatie en toegankelijkheid van de eerstelijns verloskundige zorg. En nu is er het eerste proefschrift, dat gelijk volop in de belangstelling van de landelijke pers staat. Het onderzoek van Monique Pereboom spreekt dan ook een breed publiek aan: preventie van infectieziekten bij zwangeren.
Om gelijk met de deur in huis te vallen, Pereboom concludeert dat verloskundigen nog veel winst kunnen behalen in de voorlichting en risicoselectie ter voorkoming van infecties. De preventiemethoden die de verloskundigen het minst noemen, worden ook het minst vaak door zwangere vrouwen opgevolgd. Voor wat betreft de voorlichting is het cytomegalovirus (CMV) de grote onbekende. Denk daarbij aan adviezen om infectie met CMV te voorkomen; geen bestek delen met peuters die naar een kinderdagverblijf gaan.
Er zijn ook veel adviezen die wel worden opgevolgd door zwangere vrouwen, zoals die voor het voorkomen van toxoplasmose en listeriose, zonder dat de verloskundigen de ziektes bij naam noemen. Denk daarbij aan het advies geen kattenbak te verschonen (kans op toxoplasmose) en geen rauwmelkse kaas te eten (kans op listeriose).
Op het gebied van de risicoselectie schiet de risicoselectie voor de chlamydia-infectie tekort. Verloskundigen laten zwangere vrouwen voor chlamydia met name testen op basis van symptomen van de infectie, in plaats van te kijken naar risicofactoren die door de Gezondheidsraad zijn vastgesteld. Vrouwen die een verhoogd risico hebben zijn: jonge vrouwen, jonge vrouwen van Surinaamse of Antilliaanse afkomst, partners van chlamydia-positieve personen, bezoekers van SOA-poli’s, moeders van pasgeborenen met een chlamydia-conjunctivitis of -pneumonitis, en personen bij wie de seksuele anamnese daar aanleiding toe geeft. Uit het onderzoek van Pereboom blijkt dat de meeste verloskundigen, alsook zwangeren en hun partners positief tegenover chlamydiascreening staan en dit niet stigmatiserend vinden.