SGA in Nederland
Voskamp BJ, Kazemier BM, Ravelli ACJ, et al. Recurrence of small-for-gestational-age pregnancy: analysis of first and subsequent singleton pregnancies in The Netherlands. Am J Obstet Gynecol 2013;208. DOI: 10.1016/j.ajog.2013.01.045
Directe link naar de samenvatting van het artikel
Small for Gestational Age (SGA) pasgeborenen hebben een verhoogd risico op perinatale morbiditeit en mortaliteit. In deze prospectieve nationale cohortstudie worden data uit de Perinatale Registratie Nederland (PRN) gebruikt om de kans op herhaling na een eerste zwangerschap met SGA te bepalen.
SGA werd gedefinieerd als een geboortegewicht onder de P5 voor de zwangerschapsduur op de PRN referentiecurve. Tussen 1 januari 1999 en 31 december 2007 bevielen 259.481 vrouwen van zowel hun eerste als hun tweede kind. Meerlingen en kinderen met congenitale afwijkingen waren geëxcludeerd.
In de figuur is te zien dat de kans op SGA in de tweede zwangerschap bij vrouwen met SGA in hun eerste zwangerschap hoger is dan bij vrouwen zonder SGA in de anamnese: 23% versus 3,4%. Na correctie voor verstorende variabelen zoals leeftijd en etniciteit was de OR 8.1 (7.8 – 8.5). Het verhoogde risico was zowel bij vrouwen met hypertensieve aandoeningen als bij vrouwen zonder deze aandoeningen in de eerste zwangerschap aantoonbaar. Met andere woorden SGA in de eerste zwangerschap is een belangrijke risicofactor voor SGA in de tweede zwangerschap: populatie-attributatief risico (PAR) bedroeg 22,2%. De auteurs zijn van mening dat er geen indicatie is voor routine echo groeicontrole bij vrouwen die eerder een kind met een normaal geboortegewicht kregen. Bij vrouwen met SGA in de anamnese zou wekelijks Doppler-onderzoek kunnen helpen om binnen deze groep de laag-risico zwangerschappen te identificeren.