Verbeterpunten in de verloskundige zorg bij ernstige fluxus post partum
Fluxus post partum (>1000 ml) komt bij circa één op de dertig thuispartus voor. Voor deze audit zijn negen casus uit de LEMMoNstudie (landelijke studie augustus 2004 – augustus 2006) geselecteerd waarbij de patiënte na thuispartus is ingestuurd wegens zeer ernstige fluxus: transfusiebehoefte van ? acht eenheden packed cells/noodzaak tot chirurgische interventie/opname op IC.
Dietz de Loos DAE, Mesman JAJM, Zwart JJ, van Roosmalen J. Risicoselectie en substandaardzorgfactoen bij ernstige fluxus post partum bij thuispartus: LEMMoN-audit. Ned Tijdschr Obstetrie en Gynaecologie 2010; 123: 11-15. Download gratis de volledige NTOG-uitgave van februari 2010. Het artikel staat op pagina 11.
Het artikel staat op pagina 11. Het auditteam is samengesteld uit het LEMMoN-expert-panel, onafhankelijke verloskundigen en verloskundigen en gynaecologen die als behandelaar betrokken zijn. De auditprocedure: eerst individueel op basis van casusinformatie, dan een plenaire discussie met de 21 verloskundigen en 10 gynaecologen waarna een tweede auditformulier ingevuld werd. De sfeer bleek veilig en constructief. Regelmatige feedback op eigen handelen werd door de deelnemers als zeer waardevol bestempeld. Bij vier van de negen casus vond 70% van het panel dat er sprake was van inadequate risicoselectie en bij acht van de negen casus beoordeelde 92% de zorg als substandaard. Opvallende substandaardfactoren in de zorg van zowel verloskundigen als gynaecologen zijn: delay in behandeling na stellen diagnose en delay in herkennen ziektebeeld. Enkele voorbeelden vanuit de casuïstiek: locatie thuispartus moeilijk bereikbaar voor ambulance, inadequate communicatie tussen verloskundige en gynaecoloog, delay tot adequate therapie, delay door late oproep ambulance. Regelmatige audit van ernstige maternale morbiditeit draagt bij aan het optimaliseren van de Nederlandse verloskundige zorg.