Als autonome beroepsbeoefenaars zijn verloskundigen verantwoordelijk voor de zorg voor moeder en kind. Zij zijn hierbij aansprakelijk voor professioneel gedrag conform beroepsstandaarden, richtlijnen en regionale organisatorische afspraken. Klinisch handelen vindt plaats op basis van de combinatie van evidence-based klinisch redeneren en gezamenlijke besluitvorming met de vrouw, haar partner en/of andere zorgverleners. Discrepantie tussen wensen van de cliënt en standaarden en richtlijnen veroorzaakt dat de verloskundige afwijkt van regelgeving.

Er werden diepte interviews gehouden met 26 Australische verloskundigen met als doel inzicht te krijgen in beïnvloedende factoren ten aanzien van besluitvorming van verloskundigen. Er werden persoonlijke ervaringen besproken die hadden plaats gevonden tijdens de baring waarbij de verloskundige besloot af te wijken van richtlijnen en standaarden. De interviews werden thematisch geanalyseerd en narratieven werden thematisch geanalyseerd.

Er werden drie thema’s gevonden waarom verloskundigen afwijken van regelgeving: 1. wanneer zij aan hun persoonlijke norm ‘een goede verloskundige zijn’ willen voldoen. De verloskundige wordt dan beïnvloed door haar eigen motivatie om een mooie bevallingservaring te creëren voor de cliënt. 2. Angst voor conflicten met de vrouw en haar partner en het niet aangeven van eigen grenzen door de verloskundige. 3. Ook wanneer tijdens de baring de situatie dusdanig verandert waardoor de verloskundige weet dat zij tegen de wensen van de cliënt ingaat zoals deze tijdens de zwangerschap of in het geboorteplan besproken zijn, voelt ze een discrepantie tussen verantwoordelijk zijn voor de behoeften van de vrouw en de verantwoording die zij heeft over de klinische context. De verloskundige geeft dan prioriteit aan de wensen van haar cliënt.

De auteurs concluderen dat afwijken van regelgeving de veiligheid van verloskundige zorg en de autonomie van de verloskundige ondermijnt.