Emotionele impact voor gynaecologen, pediaters en orthopedisch chirurgen van ingrijpende gebeurtenissen op de werkvloer
Artsen worden vaak geconfronteerd met ernstige gebeurtenissen zoals levensbedreigende situaties en ziekten, overlijden, agressie en rouw. Dit maakt dat de emotionele impact van deze arbeidsomstandigheden vergelijkbaar zijn met die van brandweer, reddingswerkers, politie en het leger.
In tegenstelling tot deze beroepsgroepen is (protocollaire) emotionele ondersteuning niet voldoende aanwezig op de klinische werkvloer of tijdens de medisch(specialistische) opleiding.
In deze Nederlandse cross-sectionele studie werd met een vragenlijst angst- en depressieve klachten en post-traumatische stress gemeten onder gynaecologen, kinderartsen en orthopedisch chirurgen. Er namen 1589 gynaecologen deel aan de studie. Deze steekproef bedroeg 65% vrouwelijke gynaecologen en 35% mannelijke gynaecologen. Merendeel (65%) van de gynaecologen was werkzaam als behandelend arts, 27% als arts-assistent en 8% was niet (meer) praktiserend. De helft van de deelnemers (53%) gaf aan dat er een ondersteuningsprotocol protocol aanwezig was op de werkvloer. Er werd berekend hoeveel gynaecologen boven afkapwaardes van verschillende instrumenten scoorden, wat duidde op depressieve- en/of angst- en/of post-traumatische stressklachten.
Van de respondenten werkzaam als gynaecoloog (in opleiding) rapporteert 6.5% depressieve klachten, 15.8% angstklachten en 1.5% post-traumatische stressklachten. 12.8% geeft aan betrokken geweest te zijn bij een emotioneel ingrijpende gebeurtenis op de werkvloer. Dit zijn merendeel behandelend artsen/gynaecologen. Ondanks dat er geen specifieke cijfers voor de gynaecologen berekend zijn, rapporteren over de gehele groep vrouwelijk behandelend artsen vaker post-traumatische stressklachten te hebben gehad vergeleken met hun mannelijke collega’s.
Degenen die betrokken zijn geweest bij een ingrijpende gebeurtenis zijn eerder geneigd daarna defensief medisch te handelen (43% vs 29%) en overwegen vaker te stoppen met praktiseren (60% vs 36%), vergeleken met collega’s die niet recent betrokken zijn bij een ingrijpende gebeurtenis. Bij afwezigheid van een ondersteuningsprotocol, rapporteren deelnemers significant vaker post-traumatische stressklachten na een ingrijpend incident.
De auteurs concluderen dat er meer aandacht moet komen voor het emotioneel welbevinden van artsen en dat implementatie van een protocol en organisatie van een emotioneel ondersteuningsmechanisme, bijvoorbeeld peer-support of incident nabespreking, hierbij erg belangrijk zijn.
BMJ Open. 2020, 10:e033816