Hoe kijken zorgprofessionals aan tegen obstetrisch geweld?
Hoe kijken (aanstaande) obstetrische medici en verloskundigen aan tegen grensoverschrijdend gedrag en obstetrisch geweld? En hoe worden zij daardoor gevormd? Onderzoekers maakten in een Nederlands/Zuid-Afrikaanse kwalitatieve studie gebruik van een filosofische aanpak.
Een van de bevindingen is dat studenten zich ontwikkelen tot zorgprofessional in een omgeving waar zij grensoverschrijdend gedrag meemaken, wat als obstetrisch geweld ervaren kan worden. Het medische zorgsysteem en opleiding dragen bij aan het in stand houden van obstetrisch geweld.
Grensoverschrijdend gedrag en obstetrisch geweld
De term obstetrisch geweld wordt gebruikt om een vorm van gedrag aan te duiden die gezien kan worden als de toe-eigening van het zwangere lichaam. Bijvoorbeeld: zonder toestemming inwendig onderzoek doen of een knip zetten. Het gaat volgens de onderzoekers dus over controle nemen op een manier die door vrouwen als grensoverschrijdend wordt ervaren. Grensoverschrijdend gedrag kan een niet respectvolle benadering zijn. Volgens de onderzoekers valt hier ook racisme onder, dat voorkomt uit het kolonialisme. Dit onderzoek is bewust uitgevoerd in Zuid-Afrika en Nederland, vanwege het gedeelde koloniale verleden.
Tekeningen als aanvulling op woorden
Er werden focusgroepen en diepte-interviews uitgevoerd onder 5 Nederlandse verloskunde studenten en 3 aanstaande medici, 13 verloskundigen,12 opleiders en 3 afdelingsondersteuners uit Zuid-Afrika. Aanvullend op de mondelinge dataverzameling verzamelden de onderzoekers tekeningen, die een reflectie van ervaringen weergaven.
Filosofische aanpak
Voor de analyse maakten de onderzoekers gebruik van een filosofische aanpak. De resultaten werden geanalyseerd en beschreven op basis van ontologie1 De ontologie onderzoekt en beschrijft de eigenschappen, de entiteiten, of ook wel zijnden genoemd, waarvan aangenomen wordt dat ze bestaan of zijn. De klassieke ontologie probeert de entiteiten vervolgens op grond van hun eigenschappen in te delen in fundamentele categorieën. Daarom wordt de ontologie soms ook wel 'categorietheorie' genoemd. . Hierbij wordt binnen een vakwetenschappelijk kader een analyse van de werkelijkheid gemaakt. Nieuwe observaties kunnen leiden tot aanpassing – of zelfs een grondige herziening – van de theorie, en die weer tot nieuwe analyses. De resultaten werden geanalyseerd en beschreven op basis van postkoloniale theorie over subjectiviteit, dat wil zeggen ons begrip van wat een ‘mens’ is en hoe we als mensen gevormd worden. De onderzoekers bouwden voort op het werk van Mbembe (2019) Silva (2007) en Davis-Floyd (1987).
Studenten voelen druk
Studenten in beide landen gaven aan zich te ontwikkelen tot zorgprofessional in een omgeving, waar zij grensoverschrijdend gedrag meemaken dat als obstetrisch geweld ervaren kan worden. Deze omgeving kan eraan bijdragen dat grensoverschrijdend gedrag als norm en voorbeeld wordt gezien. Zij gaven aan tijdens de opleiding tot zorgprofessional druk te voelen zich te moeten aanpassen aan de doelen, normen en waarden van de verloskundige instelling en opleiding.
Leren ten koste van moeders
Soms voelden de studenten dat het leren ten koste van de (aanstaande) moeders ging. Hierbij werd de knipstage benoemd, waarbij het doel medisch gericht het ‘knippen’ is. Doordat de stage zo wordt genoemd, wordt de episiotomie-interventie voor studenten genormaliseerd en ontdaan van haar intieme en invasieve lading. Daarnaast gaat het niet expliciet om toestemming vragen bij een extra inwendig onderzoek als leermoment voor de student soms ook ten koste van de (aanstaande) moeder. Het getuige zijn van een niet-respectvolle of paternalistische situatie kan voor studenten een traumatische gebeurtenis zijn.
Lees ook: Toestemming voor de knip
Reproductieve rechtvaardigheid
De onderzoekers raden aan om reproductieve rechtvaardigheid in het zorgsysteem en opleiding te integreren en bespreekbaar te maken. Laten we ons richten op zorg, intieme en veilige geboortes waarbij we lichamelijke autonomie en zelfbeschikking van de barende respecteren én ondersteunen.
Agenda, 2023, 35:3, 36-53