Samenvatting
Het percentage verwijzingen van de eerste- naar de tweedelijns zorg tijdens de baring is in Nederland in de afgelopen jaren flink gestegen. De meeste verwijzingen tijdens de baring zijn verwijzingen met een matig verhoogd risico. De zorg voor deze vrouwen wordt voornamelijk door tweedelijns verloskundigen gegeven. De INCAS-studie onderzocht de achtergrond van deze verwijzingen, bevorderende en belemmerende factoren voor een geïntegreerd zorgmodel tijdens de baring en aan welke voorwaarden een optimaal model zou moeten voldoen evenals de karakteristieken en voorwaarden voor een dergelijk model. Deze multi-method studie bestond uit dossieronderzoek, een Delphi-studie, interviews, focusgroepen en een vragenlijst. De uitkomsten laten zien dat de meeste vrouwen, verwezen tijdens de baring, spontaan bevallen. Verloskundige hulpverleners zijn het met elkaar eens dat integratie van verloskundige zorg van belang is. Er is echter gebrek aan consensus hoe een dergelijk model vormgegeven zou moeten worden. Deelnemers zijn het er over eens dat continuïteit van essentieel belang is en dat de cliënte meer centraal moet staan tijdens de zorg waarbij de gezondheid en het welbevinden van de zwangere leidend is.