Interventie om de bespreking van de plaats van bevalling te verbeteren
In Groot-Brittannië wordt de geplande plaats van geboorte steeds belangrijker, maar er is variatie in de bespreking daarvan door verloskundigen met vrouwen met een laag risico. Daarom ontwikkelden en evalueerden de onderzoekers een interventie om de inhoud en stijl van de gesprekken tussen verloskundigen en vrouwen met een laag risico te verbeteren.
De ontwikkeling in 2015 en 2016 in een NHS Trust rond Birmingham bestond uit drie fasen: (1) Focusgroepen met in totaal 38 verloskundigen verkenden belemmerende en bevorderende factoren voor het voeren van de gesprekken met vrouwen. (2) Samen met de onderzoekers ontwikkelden 58 verloskundigen en 4 vertegenwoordigers van vrouwen de interventie. Zij bepaalden de belangrijkste veranderingen in inhoud en stijl van de gespreksvoering en de onderdelen van de interventie. (3) De evaluatie van de interventie vond plaats met 66 verloskundigen via vragenlijsten, focusgroepen en interviews.
In fase 1 zijn de deelnemers het erover eens dat praktische, gestandaardiseerde informatie nodig is over de veiligheid, het interventierisico en de kans op overdracht voor elke geboortesetting (door gynaecoloog of door verloskundige geleide ziekenhuisafdeling, of thuis). Fase 2 leidt tot een interventiepakket: een update-workshop voor verloskundigen, een script voor het gesprek, een folder voor vrouwen, doorlopende ondersteuning via een aangewezen begeleidende verloskundige en regelmatige teamvergaderingen. De evaluatie van dit pakket laat zien dat de eerste update-workshop de kennis en het vertrouwen van verloskundigen over hun gesprekken aanzienlijk verbetert en dat die verbetering drie maanden later nog bestaat. De verloskundigen ervaren steun in alle interventieonderdelen.
De onderzoekers concluderen dat coproductie van onderzoekers, zorgverleners en vrouwen nuttig is in interventie-ontwikkeling rond plaats van geboorte en dat de interventie bruikbaar kan zijn voor andere NHS Trusts in Groot-Brittannië.
Midwifery. 2018; 59:118-126