Zwangerschap en ongewenst urineverlies
Urine-incontinentie is een veel voorkomend probleem en komt vooral voor bij vrouwen. Een op de vier volwassen vrouwen jonger dan 65 jaar heeft daar last van. Stress-incontinentie is de meest voorkomende vorm van incontinentie onder vrouwen. Zij verliezen dan onvrijwillig urine gedurende momenten dat de druk in de buik verhoogd is (bijvoorbeeld als gevolg van springen, lachen, tillen en hoesten). Deze klacht vindt zijn oorsprong onder meer in een verslapping van de bekkenbodemspieren met het gevolg dat bij de onderbuik de afsluiting van de blaas onvoldoende is. De periode rond de zwangerschap en de bevalling – vooral een vaginale – vormt vaak het begin van de verslapping van de bekkenbodemspieren.
Deze periode is dan ook een risicofactor voor het ontstaan van incontinentieklachten. Vrouwen die gedurende de zwangerschap last hebben van stress-incontinentie hebben een verhoogde kans op het ontwikkelen van klachten in de toekomst. Het is bekend dat het doen van specifieke bekkenbodemspieroefeningen effectief is voor het verminderen van stressincontinentie. Ook is aangetoond dat bekkenbodemspieroefeningen ná de bevalling de kans op incontinentie reduceert. We weten echter niet of het oefenen van de bekkenbodemspieren tíjdens de zwangerschap een preventief effect heeft op het ontstaan van
urine-incontinentie na de bevalling.
Het onderzoeksinstituut ITS te Nijmegen verricht een onderzoek onder vrouwen die in de middenfase van de zwangerschap al last hadden van urineverlies bij drukverhogende momenten. De resultaten van het onderzoek worden in het artikel behandeld.