Q fever during pregnancy. Lessons from the Dutch epidemic
Sinds de uitbraak van Q-koorts in Zuid-Nederland in 2007, leeft de vraag of het zinvol is om alle zwangere vrouwen zonder verschijnselen van de ziekte, te screenen op de ziekte. De gedachte achter de screening is dat daarmee de kans op complicaties in de zwangerschap worden verkleind. Janna Munster onderzocht het voor haar promotieonderzoek en komt tot de nuchtere conclusie dat screening alleen nodig is voor zwangere vrouwen, die wél ziekteverschijnselen van Q-koorts vertonen. Bij de groep zonder ziekteverschijnselen leidde screening niet tot minder complicaties in de zwangerschap.
Om het effect van screening te onderzoeken vergeleek Munster twee groepen zwangere vrouwen, allen zonder verschijnselen van Q-koorts. Bij 1.229 zwangere vrouwen werd in 2010 een buisje bloed afgenomen. Van 536 vrouwen werd het bloed direct getest op aanwezigheid van antistoffen tegen de Q-koorts bacterie. Van de andere groep (n=693) werd het bloed pas na de bevalling onderzocht. Deze groep was de controlegroep om de uitkomsten van de zwangerschappen mee te vergelijken. Munster vond bij 15% van de zwangere vrouwen in beide groepen antistoffen tegen de Q-koorts bacterie in het bloed. Het aantal zwangerschapscomplicaties was bij deze twee groepen vrouwen met antistoffen in het bloed even groot. Ook vergeleek Munster het aantal zwangerschapscomplicaties bij vrouwen met en zonder antistoffen tegen de Q-koorts bacterie. Ook hier vond zij geen verschillen in het aantal complicaties. Op basis van haar onderzoek trekt Munster de conclusie dat routinematig screenen van zwangere vrouwen (bij 20 weken) in Q-koortsgebieden niet zinvol is in het voorkómen van zwangerschapscomplicaties.
En dan was er nog een hele kleine groep vrouwen (n=7, 1.3%) in de interventiegroep, die een acute Q-koorts infectie bleek te hebben. Zij werden tijdens de zwangerschap behandeld met antibiotica en geen van hen ontwikkelde een chronische Q-koorts infectie.
De conclusies luiden al even nuchter als de uitkomsten: Zwangere vrouwen die wonen in gebieden waar Q-koorts voorkomt, moeten wel alert moeten blijven op mogelijke ziekteverschijnselen. “Bij ziekteverschijnselen tijdens de zwangerschap is het raadzaam om naar de dokter te gaan,” aldus Munster. “Ik raad zwangere vrouwen af om naar een boerderij te gaan waar Q-koorts heerst, maar naar de kinderboerderij gaan waar de dieren zijn gevaccineerd is geen probleem,” vindt Munster.